Welke diameter plafondventilator?
Plafondventilatoren zijn verkrijgbaar in verschillende diameters. Maar welke diameter is geschikt voor welke ruimte? Onderstaande tabel geeft een overzicht van de aanbevolen diameter bij een bepaalde ruimte.
Oppervlakte kamer | Diameter ventilator |
tot 8 m² | 75 cm. |
8 tot 10 m² | 90 cm. |
8 tot 12 m² | 103 cm. |
10 tot 16 m² | 120 cm. |
12 tot 25 m² | 132 cm. |
18 tot 32 m² | 140 cm. |
25 to 45 m² | 160 cm. |
30 tot 50 m² | 180 cm. |
> 50 m² | meerdere ventilatoren |
Verlengstang nodig?
Heeft u een hoog plafond, dan kunt u ervoor kiezen de ventilator lager te hangen d.m.v. een verlengstang. Deze komt dan in de plaats van de standaard meegeleverde ophangstang(en). Tot een plafondhoogte van 3m. is het niet nodig om een verlengstang toe te passen. Tot een plafondhoogte van 4m. is een verlengstang van 60 cm. voldoende, bij nog hogere plafonds kan een verlengstang van 100 of 120 cm gekozen worden.
Een voorbeeld van toepassing in een woonkamer
In een woon-eetkamer van ca. 28m2 kan het leefcomfort in de zomer worden verbeterd door middel van plafondventilatoren. Dit kan in het woongedeelte van de zithoek worden bereikt met een plafondventilator met een diameter van 132cm. Het oppervlak van de hoofd- en secundaire luchtstroom bestrijkt effectief een oppervlakte van ca. 8 m2. Maar ook daarbuiten is er nog een luchtbeweging die als aangenaam zal worden ervaren. (zie hieronder linker afbeelding)
Indien zowel de zithoek als de eethoek bij hogere temperaturen van royale koeling moeten worden voorzien, kunnen twee plafondventilatoren van 103 cm worden gebruikt in plaats van één plafondventilator van 132 cm. De betreffende opstelling zorgt voor een goede koeling door voldoende luchtbeweging in beide ruimtes. (zie hieronder rechter afbeelding)
Plafond met schuin- of puntdak
Heeft u een plafond met een puntdak dan kan het zijn dat u te weinig ruimte heeft voor de ventilatorbladen. Dit is op te lossen door de plafondventilator lager te hangen door middel van een verlengstang. Het plaatsen van een dwarsbalk is ook een optie.
Motor DC of AC
Bij de keuze van een ventilator moet rekening worden gehouden met het type motor dat hij heeft: de prestaties en het energieverbruik zijn ervan afhankelijk. Er zijn twee soorten motoren: wisselstroom (AC) en gelijkstroom (DC). Het grote verschil tussen deze twee is simpelweg het energieverbruik. Gelijkstroommotoren worden gekenmerkt door een laag stroomverbruik, een stille werking en een nauwkeurige snelheidsregeling. Dit type DC-motor wordt ook wel gelijkstroommotor genoemd.
AC-motoren worden rechtstreeks op een stroombron aangesloten. Bij gelijkstroommotoren wordt de wisselstroom (AC) aangesloten op een transformator in de ventilator, die de stroom omzet in DC. Het effect is dat de hoeveelheid energie vermindert door de gelijkstroom te gebruiken in plaats van de wisselstroom. Om vervolgens de kracht te creëren die nodig is om de motor te doen draaien, maakt de gelijkstroommotor gebruik van een magneetsysteem met tegengestelde polariteit.
De eerste plafondventilator met een gelijkstroommotor verscheen in 2009 bij het Amerikaanse bedrijf Emerson Electrics. Lagere kosten leidden tot verdere aanpassingen aan deze motoren, hoewel ze in eerste instantie zeer kostbaar waren, en het resultaat is effectieve modellen tegen een concurrerende prijs.
De belangrijkste voordelen van deze motor zijn:
Zomer- en winterstand?
De meeste plafondventilatoren op onze site beschikken over een zomer- en winterstand, maar waar dienen deze standen voor? Een plafondventilator met zowel een zomer- als winterstand beschikt over een motor die twee kanten op kan draaien. Maar wat is daar het praktisch nut van? Ventilatorbladen staan onder een bepaalde hoek zodat bij rotatie lucht verplaatst wordt. Bij gebruik van de zomerstand wordt lucht naar beneden geblazen. Hierdoor ontstaat een verkoelend effect doordat bewegende lucht over de huid wordt geblazen. Tijdens de wintermaanden kunt u de draairichting omkeren. Omdat warme lucht opstijgt is de temperatuur op de vloer lager dan aan het plafond. Zeker bij hogere plafonds kan dit verschil oplopen tot enkele graden. U moet dus meer stoken dan u wilt om ook op de bank een plezierige warmte te ervaren. De draaiende ventilator stuurt de warme lucht naar beneden en zuigt de koele omhoog, waardoor een betere warmteverdeling ontstaat en u niet nodeloos veel moet stoken. U kunt tot wel 30% op energiekosten besparen en u heeft een aangenaam warme ruimte.
Afbeelding 1; situuatie zonder ventilator Afbeelding 2; situatie met ventilator in winterstand
Heeft omgekeerd draaien echt zin in de winter?
Omgekeerde werking of winterstand betekent dat de lucht tegen het plafond wordt gedrukt, langs het plafond stroomt, naar de muren stroomt, daar naar beneden naar de vloer loopt en weer onder de ventilator wordt aangezogen door de resulterende onderdruk. Afhankelijk van het temperatuurverschil heeft dit alleen zin voor ruimtes tot ongeveer 2,80 m hoog. Bij hogere ruimtes kunt u dus ook in de winter eenvoudig de zomerstand blijven gebruiken en daarmee een aanzienlijke energiebesparing behalen.
Anders gebeurt het volgende: De lucht wordt naar het plafond gedrukt en stroomt langs de wanden naar beneden. Omdat deze lucht echter warmer en dus lichter is dan de kamerlucht, is deze lucht onderhevig aan een natuurlijk drijfvermogen. Ergens op weg naar beneden wordt de kinetische energie minder dan de lift en stroomt de lucht terug onder de ventilator, waardoor er een vacuüm ontstaat. Dit duwt het weer naar boven. Zo bereikt het nooit de grond. Er treedt een soort kortsluiting op - het onderste en belangrijkste deel van de ruimte wordt niet bereikt door de warme hoofdluchtstroom.
Daarom werkt men in hoge ruimtes altijd met de zomerstand. Of het nu van boven naar beneden of van onder naar boven is, het effect van het mengen is altijd hetzelfde. Het is echter belangrijk om een goede stapsgewijze controle te hebben om tocht te voorkomen. In de zomer zo snel mogelijk en in de winter zo langzaam als nodig.
Daarom is het bij plafonds vanaf 2,60 m hoogte niet aan te raden om over te schakelen op het gebruik van de winterstand of het gebruik in omgekeerde richting. Bij hogere ruimtes kunt u dus ook in de winter eenvoudig de zomerstand blijven gebruiken en daarmee een aanzienlijke energiebesparing behalen.
Hoge hallen
In hoge hallen, zoals sporthallen, tennishallen, magazijnen, toonzalen e.d. gaat veel warmte verloren, omdat de warmte vooral nodig is op de vloer waar de mensen zich bevinden en de warmte juist opstijgt naar het plafond waar deze niet nodig is. Met sensoren, een slim regelsysteem en zeer effectieve ventilatoren kan deze verspilde energie worden benut. Eenmaal ingesteld regelt de volledig automatische TDA control het TDA systeem volledig zonder tussenkomst van de gebruiker.Het werkt effectief met elk type verwarmingssysteem, omdat het uitsluitend in werking is wanneer dat volgens de gemeten ruimteparameters nodig is. Wij kunnen voor u een voorstel maken voor de beste oplossing voor uw ruimte.